Twee miljoen met onbekende hypertensie, hoe lang nog?

Pleidooi voor actieve opsporing

Door op 13-09-2017

Tien procent vermindering van de cardiovasculaire ziektelast in Nederland, overeenkomend met globaal 20% van de door hypertensie veroorzaakte schade. Dat zouden onze 8000 huisartsenpraktijken samen gemakkelijk moeten kunnen realiseren.

Iedere praktijk dient dan van de twee miljoen personen met hypertensie die nu onbekend met hun conditie rondlopen, ten minste 15 personen op te sporen en (langdurig) goed te behandelen.1,2 Het zou resulteren in ten minste 4000 minder beroerten per jaar, 4000 minder nieuwe patiënten met ischemische hartziekte (IHZ) en 4000 minder gevallen van hartfalen.3 In werkelijkheid kunnen deze getallen nog groter zijn, omdat niet alleen hypertensie beter kan worden behandeld, maar ook de ermee samenhangende risicofactoren.

Waarom lukt het ons toch niet om meer mensen met hypertensie goed te behandelen? Te veel nadruk op hoog absoluut risico en kortetermijnwinst? Collectieve onderschatting van langetermijnbehandeleffecten?
Nog steeds is slechts 30% van alle personen met hypertensie in Nederland goed gecontroleerd, en weet zeker 50% van de personen met hypertensie niet dat hun bloeddruk verhoogd is. Na 25 jaar ‘korte termijn’ hoogrisico strategie, onveranderd aanbevolen door richtlijncommissies in 1990, 2000, 2003, 2006 en 2011, mogen we stellen dat deze aanpak onvoldoende effect heeft op de controle van hypertensie.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Montfrans, G. van
Thema Opinie
Publicatie 13 september 2017
Editie FocusVasculair - Jaargang 2 - editie 3 - Editie 3, 2017