Tromboseprofylaxe: ja, tenzij?!

Door op 20-03-2018
  • 00Casus
  • 01Inleiding
  • 02Veneuze trombo-embolie (VTE) en de mate van tromboseprofylaxe
  • 03Fysiologie van de hemostase
  • 04
    Farmacologische tromboseprofylaxe
  • 05Mechanische tromboseprofylaxe
  • 06Tromboseprofylaxe bij de chirurgische patiënt
  • 07Algemene chirurgie
  • 08Gipsimmobilitiesa
  • 09Tromboseprofylaxe bij niet-chirurgische patiënten
  • 10Implementatiebeleid rondom
  • 11Reacties (0)

Samenvatting

Tromboseprofylaxe is een belangrijke manier om morbiditeit en mortaliteit van veneuze trombo-embolieën te voorkomen tijdens een ziekenhuisopname. Uit recent onderzoek blijkt dat er ruimte voor verbetering is omtrent het tromboseprofylaxebeleid in de Nederlandse ziekenhuizen. In de vernieuwde richtlijn Antitrombotisch beleid uit 2016 worden de adviezen helder uiteengezet. Bij de keuze voor tromboseprofylaxe moet onderscheid worden gemaakt tussen de niet-chirurgische patiënten en chirurgische patiënten. Binnen deze laatste groep wordt weer onderscheid gemaakt tussen de traumatologie en de algemene chirurgie. Zo is per patiëntencategorie bepaald of er een indicatie is voor profylaxe, en zo ja met welk middel en welke tijdsduur. Diverse risicomodellen voor zowel het tromboserisico als het bloedingsrisico kunnen helpen bij de besluitvorming.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Louter, L.
Kruip, M.
Thema Nascholingsartikel
Accreditatie 1 accreditatiepunt
Publicatie 20 maart 2018
Editie FocusVasculair - Jaargang 3 - editie 1 - Editie 1, 2018

Leerdoelen

  • Tromboseprofylaxe is essentieel om morbiditeit en mortaliteit van veneuze trombo-embolieën te voorkomen. Uniformiteit per centrum kan de implementatie van een tromboseprofylaxeprotocol verbeteren.
  • Routinematige tromboseprofylaxe wordt niet geadviseerd bij patiënten met gipsimmobilisatie zonder bijkomende risicofactoren.
  • DOAC’s zijn alleen geregistreerd voor tromboseprofylaxe bij patiënten met een totale knie- of heupprothese rondom een electieve operatie.
  • In de algemene chirurgie wordt de indicatie voor tromboseprofylaxe ingegeven door het soort ingreep en bijkomende individuele risicofactoren.
  • Bij niet-chirurgische patiënten wordt als handvat de Padua-score gebruikt bij de besluitvorming rondom tromboseprofylaxe.