Interventies bij diepveneuze trombose en posttrombotisch syndroom

Wat kan de vaatchirurg toevoegen?

Door op 01-08-2023
  • 00Pathofysiologie van posttrombotisch syndroom
  • 01Interventionele DVT-behandeling door de vaatchirurg
  • 02Huidige interventionele behandeling van het posttrombotisch syndroom
  • 03Chirurgische behandeling bij diepveneuze insufficiëntie
  • 04Conclusie
  • 05Reacties (0)

Samenvatting

Patiënten die een diepveneuze trombose (DVT) doormaken worden volgens de huidige richtlijnen behandeld met antistolling, compressie en mobilisatie. Desondanks is de uitkomst van deze behandeling, die gericht is op het voorkomen van verdere stolseluitbreiding en longembolieën, niet optimaal, omdat bij 25% een posttrombotisch syndroom ontstaat. Er zijn twee redenen om bij een DVT een interventie uit te voeren. De eerste is een phlegmasia caerulea dolens met een vitale bedreiging van het been, de tweede is verkleinen van de kans op een posttrombotisch syndroom. Met name iliofemorale DVT’s rekanaliseren slecht en veroorzaken in > 50% een posttrombotisch syndroom. Door interventie in de eerste twee weken na het ontstaan van een DVT verminderen frequentie en ernst van een posttrombotisch syndroom, mits het stolsel goed wordt verwijderd en een eventuele onderliggende oorzaak wordt behandeld. Als er een jaar na een DVT een ernstig posttrombotisch syndroom is ontstaan door een iliofemorale obstructie, kan dit met rekanalisatie en stenting worden behandeld. Een eventuele diepveneuze insufficiëntie door klepdestructie ten gevolge van de DVT kan met een klepreconstructie worden bestreden.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Wittens, C.H.A.
Thema Nascholingsartikel
Accreditatie 1 accreditatiepunt
Publicatie 1 augustus 2023
Editie FocusVasculair - Jaargang 8 - editie 3 - Editie 3, 2023

Leerdoelen

Na het bestuderen van dit artikel:

  • kent u de gevolgen van een doorgemaakte DVT;
  • weet u wanneer een interventie voor een acute DVT geïndiceerd is;
  • weet u of een interventie voor een iliofemorale DVT posttrombotisch syndroom kan voorkomen;
  • kent u de interventieopties voor de behandeling van posttrombotisch syndroom.