Het antistollingsbeleid voor nieuw ontstaan atriumfibrilleren bij een patiënt met een pneumonie

Atriumfibrilleren (AF) is een van de meest voorkomende hartritmestoornissen op de intensive care en wordt bij 10% van de patiënten in een kritieke toestand ten gevolge van een infectie gezien. Patiënten die AF de novo ontwikkelen, vanwege een onderliggende infectie, hebben een drie- tot zesmaal verhoogd risico van trombo-embolische complicaties ten opzichte van septische patiënten zonder nieuw ontstaan AF. Vanwege het relatief hoge bloedingsrisico door trombocytopenie, nier- en leverfalen, invasieve behandelingen en niet-geplande procedures, volstaat in de acute fase vaak profylactische antistolling met een lage dosis laagmoleculairgewichtheparine (LMWH). Starten met therapeutische anticoagulantia moet in deze fase goed overwogen worden, omdat het bloedingrisico vaak niet opweegt tegen het risico van een trombo-embolisch event. Na de acute fase blijft follow-up van patiënten noodzakelijk bij een hoge recidiefkans op AF. Bij patiënten met AF de novo die gaan starten met een vitamine K-antagonist (VKA) of een direct werkend antistollingsmiddel (DOAC) wordt bridgen met therapeutisch LMW-heparine afgeraden.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Kleer, D. de
Sijpkens, Y.W.J. ,
Alem, A.P. van
Thema Casus Vasculair
Publicatie 22 september 2016
Editie FocusVasculair - Jaargang 1 - editie - Editie 3, 2016

Leerdoelen

  • Van de patiënten met een ernstige acute infectieziekte maakt 10% een eerste episode van atriumfibrilleren door.
  • Het risico op een trombo-embolische complicatie is verhoogd bij een acute infectie en verzesvoudigd bij bijkomend atriumfibrilleren.
  • Voor septische patiënten moet het starten van antistolling in de acute fase goed worden afgewogen tegen het risico van bloedingen.
  • Follow-up van patiënten met nieuw ontstaan atriumfibrilleren na de kritieke fase is altijd noodzakelijk.
  • Het voordeel van therapeutisch bridgen weegt in de acute setting niet op tegen het risico van bloedingen.